Landen

 

In Finland experimenteren ze nu met het basisinkomen, sinds september 2015. Ze proberen het alleen in gebieden met een hoog werkeloosheid, zo krijgen 2000 werklozen twee jaar lang maandelijks 560 euro van de overheid. De Finnen zijn met 79 procent voor. Vooral jongeren en ouderen zijn voorstander. Alleen de boeren vinden het een slecht idee.

In Zwitserland werd er in 2012 een initiatief opgestart om een referendum te organiseren over het invoeren van het basisinkomen. Dit werd gehouden op 5 juni 2016, hier waren 77 procent tegenstemmen.

In Nederland zijn ze er sinds 1968 al mee bezig. Voorstanders richten groepen op zoals FNV en VBi. Het basisinkomen wordt nu nog steeds gesteund, ook in de Tweede Kamer, vooral de groene partijen. De gemeenten Utrecht, Tilburg, Nijmegen, Wageningen en Groningen zouden het wel eens willen experimenteren.

In Canada gaan ze ook het basisinkomen uittesten in de provincie Ontario, om te kijken wat de gevolgen zijn voor de jobkansen van kwetsbare werknemers. Het project duurt 3 jaar voor 4000 mensen tussen de 18 en 64 jaar, die werken maar toch onder de armoedegrens leven. Dat moet hen helpen op het vlak van gezondheid, werk en woonomstandigheden. Het basisinkomen is voor een alleenstaande 16.969 (€ 11.600) Canadese dollar per jaar, en tot 24.027 (€ 16.491) Canadese dollar voor een koppel.

 

 

Finland test het basisinkomen